Beleggen in thema’s is beleggen in lange termijn trends, niet in specifieke bedrijven of sectoren. Daardoor is de belegger minder afhankelijk van cyclische bewegingen op korte termijn en meer van structurele ontwikkelingen op lange termijn. Veel van de lange termijn trends hebben een relatie met duurzaamheid. Dat komt omdat er op verschillende gebieden sprake is van een crisis. Beleggers denken waarschijnlijk al snel aan de Grote Financiële Crisis, maar er zijn meer acute problemen die moeten worden opgelost. Denk bijvoorbeeld aan de klimaatcrisis, de energiecrisis, de milieucrisis, de watercrisis en de voedselcrisis. Met het oplossen van zo’n crisis is veel geld te verdienen. Elke belegging heeft impact, maar met het oplossen van een crisis is er vaak ook een positieve impact op het milieu en de maatschappij. Dankzij de recente Europese wet- en regelgeving hebben deze beleggingen een steun in de rug. Voor wie wil voldoen aan de laatste wet- en regelgeving op het gebied van duurzame beleggingen, volstaat een simpele ESG-saus niet meer. Portefeuilles die zijn gebaseerd op ESG-criteria zijn meestal breed gespreide portefeuilles waarbij bedrijven met een positieve score een hoger gewicht krijgen dan bedrijven met een negatieve score. Er wordt dus nog steeds belegd in niet duurzame bedrijven. De Europese regelgeving heeft er in SFDR zelfs een apart artikel voor gemaakt, namelijk artikel 8. Dit wordt ook wel het groenwasartikel genoemd, aangezien zelfs bedrijven met controverses onderdeel kunnen zijn van een artikel 8 portefeuille. Bij een controverse overtreedt een bedrijf niet alleen de duurzame spelregels, het bedrijf wordt daar ook bij herhaling op aangesproken en besluit desondanks om in het onwenselijke gedrag te volharden.
Een voordeel van thematische beleggingen is dat zij als geen ander in staat zijn om de volgende Microsoft of Apple te identificeren. Ieder belegger wil natuurlijk zo’n winnaar in portefeuille en voor wie de hele beurs overziet is dat ook niet zo vreemd. Met circa de helft van alle aandelen zal nooit een positief rendement worden behaald. Meer dan 45 procent van de resterende aandelen zijn nodig om de verliezen bij de eerdere helft te compenseren. Dat betekent dat minder dan 5 procent van de bedrijven op de beurs verantwoordelijk zijn voor het totale rendement op aandelen. Wie die bedrijven uit het verleden analyseert, zal zien dat hun prestaties vaak het gevolg zijn van bepaalde structurele trends. Bij de start van zo’n trend wordt het toekomstig potentieel regelmatig onderschat. De meeste analisten kijken enkele jaren vooruit, maar durven of kunnen niet veel verder te kijken. Zo kan het gebeuren dat een bedrijf als Amazon tien jaar geleden erg duur leek voor wie geen oog het voor de lange termijn trend. Op 140 keer de winst, besloot de directie van deze online retailer om een deel van de kasstroom te gebruiken om te investeren in wat nu de cloud heet. Als Amazon een beleggingsfonds was geweest zou een analist hebben gesproken van ‘style drift’. Onder het motto van schoenmaker blijf bij je leest, was dan de tijd gekomen om afscheid te nemen. Inmiddels is de koers van Amazon meer dan vertienvoudigd. Alleen beleggers die toen een analyse hebben gemaakt van de trends op lange termijn, durfden tien jaar geleden vast te houden aan hun aandeel Amazon en zijn daarvoor goed beloond.
Nu klinkt beleggen in trends relatief eenvoudig. Koop gewoon de Big Tech-namen en het komt wel goed. Helaas elke succesvolle belegging begint klein. Big Tech-bedrijven zijn zo groot en dus ook zo duur dat er wellicht opwaarts potentieel is, maar een vertienvoudiging wordt toch lastig. Verder blijken Big Tech-bedrijven voor een belangrijk deel afhankelijk van advertentie-inkomsten. In vorige recessies viel er telkens wel een uitgever of een krant om vanwege de wegvallende advertentie-inkomsten, zoiets kan natuurlijk online ook bij online advertentie-inkomsten gebeuren. Ook worden juist Big Tech-bedrijven geraakt door de maatregel om minimaal 15 procent belasting te betalen en zijn er steeds meer stemmen van toezichthouders dat de monopolistische macht van Big Tech aan banden moet worden gelegd. Beleggen in Big Tech is tegenwoordig dus een beetje roeien tegen de stroom in. De coronacrisis en de huidige energiecrisis zorgen er voor dat de trends op het gebied van duurzame thema’s aan het verbeteren zijn. Er zal de komende jaren volop worden geïnvesteerd in alternatieve energie. Als het niet voor het milieu is, dan in ieder geval om niet afhankelijk te zijn van het buitenland. Wat het gebruik van duurzame energie betreft, loopt Europa voorop. Doordat we onszelf afsluiten van Russische energie, is er een sterke prikkel om hier de energietransitie te versnellen. Het oplopende begrotingstekort is immers vooral een gevolg van de inkoop van dure energie uit het buitenland met dure dollars die we eerst moeten verdienen. In tijden van crisis werkt bovendien het aanpassingsvermogen van de mens optimaal. Nadat Big Tech voornamelijk een Amerikaans fenomeen was, liggen er in Europa mogelijk mooie kansen voor de komende tien jaar op het gebied van Energy tech.
Een themabelegger kan verder goed de totale waardeketen overzien en daarmee een analyse maken welk bedrijf in de keten voor de belegger de meeste waarde toevoegt. Een inmiddels klassiek voorbeeld is de ontwikkeling van de smartphone. Het aandeel is Apple heeft het natuurlijk uitstekend gedaan, want het is sinds de introductie van de iPhone in 2007 verdertigvoudigd. Maar het kan nog beter want begin 2008 werd bekend dat het bedrijf Sunny Optical de lenzen leverde voor de camera in de iPhone en de koers van dat bedrijf is in dezelfde periode bijna vervijftigvoudigd. Het lastige voor breed gespreide actieve beleggingsfondsen is dat ze de neiging hebben om bij zo’n sterke koersontwikkeling regelmatig het gewicht van zo’n aandeel in portefeuille terug te brengen, terwijl meer thematische beleggers veel beter uit de voeten kunnen met geconcentreerde portefeuilles. Thematische fondsmanagers zijn ook specialisten op hun vakgebied. Waar een breed beleggende fondsmanager overal verstand van moet hebben, kunnen specialisten zich toeleggen om hun specifieke beleggingsthema.
Tot slot mag niet onderschat worden in hoeverre het narratief bij themabeleggingen een rol spelen. Uiteindelijk verkopen de mensen elkaar verhalen en het verhaal van een thematische belegging is al snel veel beter dan het verhaal van een brede belegging. Het risico is dan dat er sprake is van een hype, maar voor de gedisciplineerde themabelegger is zo’n hype tegelijkertijd ook een kans. Vooral van de duurzame themabeleggingen is een uitstekend verhaal te maken, iets waar beleggers graag voor willen betalen omdat ze er steeds vaker mee worden geconfronteerd. Niet alleen door nieuwe wet- en regelgeving, maar ook in de dagelijkse praktijk. Klimaat, milieu, energie, water en voedsel zijn immers geen thema’s die alleen zien op langere termijn, de problemen die daarmee samenhangen worden steeds vaker gezien als acuut, iets wat zo snel mogelijk opgelost moet worden en dat mag ook niet door beleggers worden genegeerd.