Opgespaarde inflatie Consumenten hebben sinds de start van de Coronacrisis meer dan 5 biljoen dollar extra gespaard, geld dat waarschijnlijk deels wordt gespendeerd op het moment dat de economie weer opengaat. Die 5 biljoen is goed voor meer dan 6 procent van het wereld bbp, ongeveer gelijk aan het BBP van Japan, de derde economie ter wereld. Vooral de Amerikaanse consument heeft meer gespaard. Dat is redelijk uniek, want de Amerikaanse consument geeft normaliter uit wat er binnenkomt. Maar met zoveel geld van de overheid was dat ook relatief eenvoudig. Wie een jaar geleden in de Verenigde Staten zonder baan kwam te zitten is goed geholpen door de federale overheid. Gemiddeld ligt het inkomen van een werkloze over de afgelopen twaalf maanden op 30.000 dollar en voor driekwart van de werklozen is dat meer dan ze normaal verdienden toen ze nog één of meerdere banen hadden. Door de beperkende maatregelen is het ook nog eens niet zo eenvoudig om al dat geld uit te geven.
Een deel van die 5 biljoen is naar de financiële markten gegaan. Dat is niet zo vreemd, want een spaarrekening levert niet zo veel meer op. Verder hebben veel mensen opeens veel meer vrije tijd als gevolg van de beperkende maatregelen. Die beperkende maatregelen heeft er ook voor gezorgd dat er minder gegokt kon worden. Casino’s gingen dicht, paardenraces werden afgelast, maar gelukkig waren financiële markten open. En voor wie behoefte had om in het weekeinde door te handelen, waren er altijd nog de cryptovaluta. Het risico bestaat dat consumenten straks niet de spaarrekening, maar de beleggingsrekening leegtrekken. Wat dat betreft is het maar goed dat de besparingen niet gelijk zijn verdeeld. Twee derde van het extra spaargeld is in handen van de rijkste 40 procent van de bevolking. Dit zijn toch al niet de mensen die hun hele inkomen consumeren. Uit enquêtes blijkt dat een groot deel van het extra spaargeld gaat naar het aflossen van schulden, de beurs of als extraatje voor het pensioen.
Het extra geld op de beurs heeft gezorgd voor asset-inflatie. Gelukkig is dit geen onderdeel van het inflatiemandje, anders had de centrale bank al lang de rente verhoogd. Een jaar geleden daalde de officiële inflatie sterk en dat is één van de redenen waarom de prijsinflatie de komende maanden hoger zal uitvallen. Inflatie meet nu eenmaal de prijsstijging ten opzichte van een jaar geleden. Bovenop dit ‘basiseffect’ krijgen we dus de extra bestedingen van consumenten omdat de beperkende maatregelen worden versoepeld. Disneyland gaat op 30 april weer open. Daarnaast blijft er veel geld van centrale banken en de verschillende overheden komen. In het bedrijfsleven zijn de voorraden laag. Ondernemers werden verrast door de snelle komst van de vaccins. En dan zijn er nog wat verstoringen in productieketens, onder andere als gevolg van een inmiddels chronisch tekort aan chips. In dat licht is het niet zo vreemd dat de inflatieverwachtingen oplopen. Toch vertrouwen de meeste beleggers erop dat het duo Powell-Yellen gelijk krijgt: Oplopende inflatie is een tijdelijk fenomeen en er is geen reden om op lange termijn hogere inflatie te verwachten. Als gevolg daarvan is de curve van de inflatieverwachtingen ook invers, een unieke situatie.
We zitten in de eerste fase van een sterk economisch herstel. Naast de lage voorraden en de leveringsproblemen is er ook een toenemend tekort aan arbeid. De werkloosheid is gedaald van een piek van 15 procent in de Verenigde Staten naar 6 procent nu. Veel werklozen die nu nog thuis zitten hebben tot september geen enkele prikkel om weer aan het werk te gaan. Voorlopig krijgen ze nog altijd een ruime compensatie om thuis te blijven. Het risio bestaat dan ook dat de ontwikkeling van de inflatie wordt onderschat. Dat kan een tijdelijk hoger inflatieniveau zijn. In de politiek hebben tijdelijke maatregelen opvallend vaak een permanent karakter. Veel beleggers hebben de neiging het heden door te trekken naar de toekomst. Nu kunnen ze nog wel denken dat het allemaal wel meevalt met de inflatie, maar als ze er straks middenin zitten, voelt het toch anders.
Photo by Annie Spratt on Unsplash