Miljardendeals werden verschoven, handelstentoonstellingen afgezegd en luchtvaartmaatschappijen worden bedreigd met bankroet: Het Sars-virus lijkt op dramatische wijze het fragiele netwerk van de wereldhandel in gevaar te brengen en de economische groei die nog resteert te reduceren. Is het mogelijk dat in zo korte tijd een virus, waarvan twee maanden geleden nog niemand had gehoord, dit teweeg kan brengen?
Sars staat voor Severe Acute Respiratory Syndrome. Dit betekent letterlijk: ernstige acute ademhalingsziekte. Een tot voor kort onbekende ziekte die begint met dezelfde symptomen als de griep: koorts en spierpijn. Andere kenmerken kunnen zijn: last van droge hoest, keelpijn, diarree en kortademigheid. Vervolgens kan er ook een longontsteking ontstaan. De kans op een dodelijke afloop van de ziekte was aanvankelijk berekend op drie tot vier procent. Daarna was het hooguit tien procent, maar inmiddels gaan Britse wetenschappers er van uit dat twintig procent van de patiënten overlijdt aan de ziekte. Inmiddels is al bekend dat Sars wordt veroorzaakt door een coronavirus. De naam Corona heeft niets van doen met het gelijknamige Mexicaanse bier, maar onder de elektronenmicroscoop ziet de oppervlakte van dit 60 tot 300 nanometer grote virus er uit als een kroontje: hieraan dankt het virus zijn naam. Coronavirussen komen (net als influenzavirussen, die griep veroorzaken) bij mensen en dieren voor. Normaal gesproken veroorzaken coronavirussen bij mensen alleen verkoudheid. Het SARS virus is een nieuwe, onbekende variant van het virus. Onderzoek naar coronavirussen bij de mens is lastig omdat het virus moeilijk te isoleren is uit klinisch materiaal. Desondanks is het tempo waarin het Sars-virus geïdentificeerd is verbluffend. Meer dan tien laboratoria werken samen met de Wereldgezondheidsorganistie (WHO) waardoor men in een vroeg stadium weet waardoor de ziekte wordt veroorzaakt. Doordat de genetische informatie van het virus nu bekend is kan men op zoek gaan naar een specifieke behandeling en een uiteindelijke inenting tegen de ziekte. Vooralsnog zijn de belangrijkste maatregelen isolatie en quarantaine. Desondanks zal het waarschijnlijk nog jaren duren voordat een medicijn tegen Sars is gevonden.
Waterpokken, mazelen, Pfeiffer, koortslip, verkoudheid, gordelroos: het zijn allemaal virussen. En van virussen komen we nooit meer af. Ze zijn onverbrekelijk verbonden met alle leven op aarde. Virussen kunnen namelijk alleen overleven door zich in cellen van levende wezens of bacteriën te dringen en zichzelf hierin te vermenigvuldigen. Daarbij ontstaan soms ziekteverschijnselen, zoals verkoudheid. Wie niest, brengt duizenden virusdeeltjes in de lucht en geeft het virus de kans om naar een nieuw 'slachtoffer' over te springen. Omdat ze niet in staat zijn zich zelfstandig voort te planten, zijn wetenschappers het er nog steeds niet over eens of virussen nu als 'dood' of als 'levend' moeten worden beschouwd. Maar één ding is zeker: virussen zijn ongelofelijke overlevers. Ze kunnen - gevriesdroogd in een ampul - honderden jaren bewaard blijven, om na contact met een cel of bacterie weer tot leven te komen alsof er niets is gebeurd. Ze kunnen zich verankeren in ons genetisch materiaal en levenslang in een mensenlijf blijven. Een virus maakt de ene diersoort nauwelijks ziek, maar de andere juist heel erg. Griep (influenza) bijvoorbeeld is een virus dat ook bij vogels voorkomt. Vogels hebben er in de meeste gevallen geen centje last van, maar mensen des te meer. Het omgekeerde geldt voor de op dit moment in Nederland en België heersende vogelpest, ook een virus. Sommige virussen kunnen zichzelf ook mengen met andere virussen, of van gedaante veranderen, soms met verbijsterende snelheid. Maar virussen zijn wel te bestrijden: met zichzelf. Afgezwakte versies zijn te gebruiken als vaccin, bijvoorbeeld om de bof, polio en rode hond te bestrijden. De groeiende wereldbevolking, armoede en intensieve veeteelt zijn belangrijke factoren in de verspreiding van virussen.
Sars is waarschijnlijk ontstaan in de Chinese provincie Guangdong. Hier ontstonden de laatste eeuw meerdere griepepidemieën. Het taboe op sars was in China in het begin heel groot. Daardoor kon het zich uitbreiden. China heeft sinds kort een nieuwe president en premier. Begin maart 2003 droeg president Jiang Zemin de macht over aan Hu Jintao en verving Wen Jiabao premier Zhu Rongji. Deze hebben inmiddels lessen getrokken uit de Sars-crisis en besloten tot grotere openheid en meer persvrijheid. Desondanks lijkt belangrijkste probleem waarmee de Chinese autoriteiten worstelen niet het virus zelfs, maar hun eigen geloofwaardigheid. Door het maandenlang verdoezelen van de feiten heeft het al geringe vertrouwen in de overheid een nieuwe knauw gekregen. De media, die aan de leiband van de regering lopen, kunnen ook op weinig krediet rekenen. Met moderne technieken als internet en sms is het bovendien onmogelijk om de geruchtenstroom in te dammen. En verder staan de inwoners van Peking bekend als een praatziek volkje, waardoor roddel en achterklap altijd al een belangrijk deel van het sociale leven in de hoofdstad uitmaken. Het weekblad The Economist trok een prikkelende parallel tussen de Sars-epidemie in China en de kernramp in Tsjernobyl in de voormalige Sovjet-Unie: ook daar kwam de ramp, die in 1986 plaatsvond, slechts aan het daglicht nadat de buitenwereld de gevolgen van de ramp begon te ondervinden, en ook daar zat er pas sinds kort een nieuwe president in het zadel: Gorbatsjov. Tsjernobyl functioneerde als een katalysator voor een eerder in gang gezet proces van grotere openheid en hervormingen, en drie jaar later kwam daar met de communistische partij ook de Sovjet-Unie ten val. Zoiets zal in China niet snel gebeuren. De Sovjet-Unie was economisch verzwakt terwijl de Chinese economie in het eerste kwartaal met 9,9% groeide, uitzonderlijk hoog in deze tijden van economische malaise. Verder ontbreekt het in China aan enige vorm van sociale organisatie buiten de partijstructuur om en weinig mensen hebben er vertrouwen in dat de regering omver te werpen is. Wel lijken de nieuwe machthebbers met hun mea culpa flexibeler dan de rigide Chinese partijleiders in het verleden. De transparantheid op het gebied van Sars zou ook een precedent kunnen zijn voor meer openheid op het gebied van andere zaken als economie en financiën. Bovendien dwingt het de machthebbers in Peking om een rol te spelen op het wereldtoneel en niets steeds intern gericht te zijn. China als economische wereldmacht in opkomst zou ook in het vervolg een grotere verantwoordelijkheid kunnen nemen die past bij een dergelijke grootmacht.
Inmiddels wordt Sars vooral geassocieerd met Hongkong en Peking. Voor Hongkong begon de ellende al bij de naam Sars, bijna vergelijkbaar met de officiële naam van de stad zelf: Special Administrative Region Hongkong (HKSAR). Het gevolg: toeristen blijven weg, het internationale bedrijfsleven pakt liever de telefoon en het merendeel van de 6,7 miljoen Hongkong-Chinezen zelf blijft thuis en bezoekt geen restaurant of winkel meer. Restaurants en winkeliers melden een omzetdaling van vijftig procent, tientallen gaan failliet. Hotels hebben een bezettinggraad van gemiddeld zo'n vijftien procent. Vliegtuigen van en naar Hongkong zitten vrijwel leeg, honderden vluchten zijn afgelast. Dit is het doembeeld voor geheel Azië en bij een verdere verspreiding ook voor de wereld. Voor de getroffen gebieden zijn de groeiramingen verlaagd en bij verdere verspreiding van het virus is het risico voor nieuwe verlagingen aanwezig. Voor de Chinese economie is deze, hopelijk incidentele, afkoeling niet per se ongunstig, maar voor Hongkong drukt het de groei naar het nulpunt. Bovendien is China de motor voor de internationale handel. Vorig jaar werd Groot-Brittannië verdrongen van de vijfde plaats van grootste handelsnaties. Als Sars de groei in China sterk beïnvloedt, dan heeft dat gevolgen voor de rest van de wereld. In eerste instantie zal Oost-Azië dit merken wegens de intensieve regionale handel.
De luchtvaart en de toeristische sector lijden misschien wel het meest onder Sars. Wellicht dat Sars op deze twee sectoren nog wel meer invloed heeft dan de gevolgen van de oorlog in Irak. Het sterkst getroffen is Cathay Pacific dat Hongkong als thuisbasis heeft. Samenhangend met het toerisme staat ook de verkoop van cosmetica en luxe producten onder druk. Ongeveer veertig procent van omzet van luxe goederen in Hongkong gaat naar Japanners en die blijven nu weg. L’Oréal verkocht in april dertig procent minder in Azië. Analisten rekenen voor producenten van luxe goederen zoals Lvmh en Gucci op een veertig procent lagere omzet in de regio. Ook verzekeraars die actief zijn in China hebben een probleem, omdat verzekeringen veelal huis-aan-huis worden verkocht. Verder merkt een bedrijf als Heineken de lagere bezetting in hotels en restaurants. Per saldo spelen de problemen met name in de dienstensector omdat daar vaak menselijk contact vereist is en die is in China relatief klein. Het producerende deel van het Chinese bedrijfsleven dat tal van producten maakt voor de rest van de wereld wordt vooralsnog nauwelijks getroffen door Sars. Het is mogelijk dat bij een verdere verspreiding van het virus fabrieken tijdelijk worden gesloten, net als enkele financiële markten in China die voor enkele weken zijn gesloten. Er zijn ook sectoren die er van profiteren. Videoverbindingen, teleconferenties en veelvuldig internetcontact zijn de alternatieven geworden in de wereld van Sars, goed voor de telecomsector. Ook de farmaciesector en daarbinnen de biofarmacie kunnen uiteindelijk profiteren van diagnosetechnieken en medicijnen tegen Sars al ziet het er niet naar uit dat het net zo lucratief zal zijn als Aids, ook een virusbesmetting.
Het doemscenario is dat Sars leidt tot een pandemie, een wereldwijde epidemie. De Chinese overheid neemt echter draconische maatregelen om het virus een halt toe te roepen en in een aantal andere landen is dit daadwerkelijk gelukt. Het aantal nog in behandeling zijnde gevallen vertoont een dalende trend, wat trouwens door de WHO bevestigd wordt voor alle landen behalve China. Indien ook de Chinese overheid erin slaagt de ziekte te beteugelen, zal Sars worden gezien als een incident, een eenmalige gebeurtenis. Dat geldt ook voor het effect op de winstontwikkeling van bedrijven en op de economie. Beleggers zullen dan bereid zijn om te kijken naar het herstelpotentieel van de getroffen sectoren. Komt het doemscenario wel uit, dan is het niet langer een Chinees probleem, maar een wereldprobleem. De Aziatische beurzen zullen dan niet sterker dan de andere financiële markten onder druk staan als gevolg van Sars. Gezien het feit dat de markten in Azië al een voorschot hebben genomen op de negatieve consequenties van Sars doet zich wellicht een interessant aankoopmoment voor. Dat kan via een Aziëfonds of door middel van een Emerging Marketsfonds waar Azië normaal gesproken de hoofdmoot vormt van de beleggingen.