In de afgelopen weken is de aandelenmarkt zo sterk gedaald dat we nu in een bear-markt zitten. Dat zorgt er voor dat deze correctie een ander karakter heeft dan de typische bull-markt-correctie. Een bull-markt-correctie is een correctie van een procent of tien. De markt is wat te ver vooruit gelopen op de fundamenten. Er moet even stoom worden afgeblazen. Fundamenteel is er niets gewijzigd. Daarom is het onverstandig om te proberen op zo’n correctie in te spelen. Wie dat wel doet, moet twee keer goed zitten, er in en er ook weer uit, met het risico de verdere opgaande fase te missen.
Een bear-markt-correctie is een correctie van meer dan twintig procent. Het betekent dat er fundamenteel wel wat is gewijzigd. Een bear-markt betekent niet alleen het einde van de bull-markt, het is een echt kantelpunt. Beleggingen die het tijdens de bull-markt goed hebben gedaan, zijn meestal niet dezelfde beleggingen die na de bear-markt de kar trekken. Dat betekent dat het zinvol is om de portefeuille aan te passen.
De bull-markt werd gekenmerkt door marktleiderschap van Amerikaanse aandelen, met de technologiesector voorop. Verder presteerde een neutrale of gebalanceerde portefeuille uitstekend door de dalende rente. Die rente is zo sterk gedaald dat staatsobligaties geen positieve bijdrage meer kunnen bieden aan een portefeuille. Het rendement na kosten en fiscale afdracht is over de hele curve negatief, waardoor het ook steeds lastiger is om te fungeren als buffer. De traditionele neutrale portefeuille voldoet niet meer. Verkoop daarom de staatsobligaties.
Meer dan de helft van de aandelenmarkt bestaat uit Amerikaanse aandelen. Die zakken hard. De Chinese aandelenmarkt doet het veel beter en er zijn voldoende argumenten dat China in de volgende bull-markt de leidende positie van de VS overneemt, zowel wat betreft obligaties als aandelen. Europa oogt veel risicovoller. Niet alleen door de veel grotere impact van het Coronavirus, maar ook door de toegenomen kans dat de euro en de Europese Unie de huidige diepe recessie niet overleven. Niet het moment om Europese aandelen sterk aan te zetten.
Verder zullen beleggers vooral kijken naar aandelen die hard worden afgestraft. Daar loont het om onderscheid te maken. Bedrijven met veel schulden of verplichtingen aan de overheid ogen kwetsbaar. Dit zijn de niet-vrije bedrijven die het ook tijdens de laatste crisis moesten ontgelden. De financiële sector moet mogelijk voor de derde keer in tien jaar worden gered. Alles wat te maken heeft met vliegen, reizen en vakanties zal ook langer last houden van de huidige crisis.
Vrije bedrijven zijn bedrijven met een stevige kasstroom die niet afhankelijk zijn van banken en/of overheden. Traditioneel zijn dat bedrijven die zorgen voor de eerste levensbehoeftes. Een goed alternatief voor obligaties zijn energiebedrijven. Het is een illusie om te denken dat we nu sneller overstappen op alternatieve energie. Sterker nog, alleen met de kasstromen, de ingenieurs en het management van de oliebedrijven is een snelle energietransitie mogelijk. Het rendement oogt bijzonder aantrekkelijk vergeleken met staatsobligaties. Ten opzichte van goud is een vat olie de afgelopen honderd jaar niet zo goedkoop geweest. Dat geldt voor meer grondstoffen.
Mogelijk dat er een draai komt naar value-aandelen, waarbij het zou helpen dat de inflatie en de rente oploopt en de economie aantrekt. Veel cyclische aandelen lijken nu onterecht een permanente recessie in te prijzen. Technologie-aandelen blijven onderdeel van de portefeuille, maar dan wel met de nadruk op China, online en robotica. Dankzij het virus werken, leren en kopen we meer online. Het virus versterkt ook de deglobalisering, waardoor we meer lokaal gaan produceren met behulp van robots.
Photo by Ahmer Kalam on Unsplash